Neillia affinis
CONTENT co. 3l.
Neillia affinis, ook wel trosspirea genoemd, is een middelgrote, bladverliezende heester, met een opgaande en onregelmatige vorm. De bladeren zijn middengroen, eivormig, gelobd, dubbel gezaagd en hartvormig aan de voet. Van mei tot juli bloeit deze Neillia, met roze tot rozerode, klokvormige bloempjes in dichte, tot 8 cm lange, trossen. Neillia affinis houdt van een standplaats in volle zon of halfschaduw. Snoeien is een jaarlijkse klus, want deze heester durft nogal wat woekeren. De plant is zeer goed winterhard en kan als haag en solitair toegepast worden.
Osmanthus decorus
CONTENT co. 2l.
Osmanthus decorus (Nederlandse naam is smalbladige steenlinde of schijnhulst) heeft lekker ruikendewitte bloempjes in het voorjaar. De hoogte na 10 jaar is 150 cm. .Is ook erg goed in model te snoeien. De plant is zeer winterhard.en groenblijvend, zon/halfschaduw,en zelfs schaduw.
Ugni molinae ‘Flambeau’ (Myrtus)
CONTENT co. 2l.
Bijzondere myrte soort met rozebont blad. De hoogte na 10 jaar is 200 cm. De bloemkleur is wit. De bloeiperiode is juni – augustus. Deze plant is niet winterhard.
Ulmus carp. ‘Wredei’
CONTENT co. 2l.
Ulmus hollandica 'Wredei', in het nederlands gele olm of goudiep genoemd is een bladverliezende boom met een slank opgaande, zuilvormige habitus die op oudere leeftijd wat ronder wordt. De bladeren zijn zeer decoratief, eerst goudgeel, later in de zomer groengeel, het blad is kroezelig, ruw, breed elliptisch tot eivormig. In maart en april verschijnen onopvallende roodbruine bloempjes gegroepeerd in kleine trossen, later gevolgd door gevleugelde zaadnootjes. De goudiep houdt van een standplaats in volle zon of halfschaduw en een neutrale tot kalrijke bodem.
Ulmus carp. ‘Wredei’
CONTENT co. 3l.
Ulmus hollandica 'Wredei', in het nederlands gele olm of goudiep genoemd is een bladverliezende boom met een slank opgaande, zuilvormige habitus die op oudere leeftijd wat ronder wordt. De bladeren zijn zeer decoratief, eerst goudgeel, later in de zomer groengeel, het blad is kroezelig, ruw, breed elliptisch tot eivormig. In maart en april verschijnen onopvallende roodbruine bloempjes gegroepeerd in kleine trossen, later gevolgd door gevleugelde zaadnootjes. De goudiep houdt van een standplaats in volle zon of halfschaduw en een neutrale tot kalrijke bodem. Deze iep behoeft weinig snoei, is goed winterhard.